Terug naar inhoudsopgave

Software van Intel(R) PROSet/Wireless gebruiken: Gebruikershandleiding Intel(R) PRO/Wireless 3945ABG Netwerkverbinding



Intel PROSet/Wireless gebruiken voor het beheer van draadloze verbindingen

U kunt Intel(R) PROSet/Wireless gebruiken voor het instellen, bewerken en beheren van profielen voor verbindingen met netwerken. U hebt tevens de beschikking over geavanceerde instellingen, bijvoorbeeld voor energiebeheer en de kanaalselectie voor het instellen van ad-hocnetwerken.

Als u Microsoft(R) Windows(R) XP Wireless Zero Configuration gebruikt voor het beheer van de draadloze verbindingen, kunt u dit programma uitschakelen vanuit het tabblad Draadloos netwerk van Microsoft Windows.

U schakelt Microsoft Windows XP Wireless Zero Configuration als volgt uit als het beheerprogramma voor de draadloze verbindingen:

  1. Klik op Start > Instellingen > Configuratiescherm.
  2. Dubbelklik op Netwerkverbindingen.
  3. Klik met de rechtermuisknop op Draadloze netwerkverbinding.
  4. Klik op Eigenschappen.
  5. Klik op Draadloze netwerken.
  6. Verifieer dat Draadloos netwerk automatisch configureren niet is geselecteerd. Als de optie wel is geselecteerd, schakelt u deze uit.
  7. Klik op OK. Nu is het hulpprogramma Intel PROSet/Wireless geconfigureerd voor het beheer van uw netwerkprofielen.

Opmerking: Controleer of in de Toepassingsinstellingen de optie Waarschuwen als een andere toepassing de draadloze adapter gebruikt is geselecteerd. Als deze optie is geselecteerd, wordt u gewaarschuwd wanneer Microsoft Windows XP Wireless Zero Configuration probeert het beheer van de netwerkprofielen over te nemen.


Intel PROSet/Wireless starten

Start Intel PROSet/Wireless op een van de volgende manieren:

Intel PROSet/Wireless afsluiten:

Ga op een van de volgende manieren te werk om Intel PROSet/Wireless te sluiten vanuit het hoofdvenster:


Intel PROSet/Wireless starten vanaf de taakbalk

Om Intel(R)PROSet/Wireless te starten, dubbel klik op het taakbalkpictogram in de rechterbenedenhoek het bureaublad van Windows. U kunt ook met de rechtermuisknop op het taakbalkpictogram klikken en Intel PROSet/Wireless openen selecteren.

Opties in het taakbalkmenu

Het taakbalkpictogram van Intel PROSet/Wireless wordt in de rechterbenedenhoek van het Windows-bureaublad weergegeven. Klik met de rechtermuisknop op het pictogram om de menuopties weer te geven.

Menu-item

Opmerkingen

Intel PROSet/Wireless openen

Klik op deze optie om Intel PROSet/Wireless te starten als u Intel PROSet/Wireless wilt gebruiken voor het beheer van de draadloze verbindingen. Als u Windows gebruiken voor het beheer van Wi-Fi selecteert in het taakbalkmenu, wijzigt de menuoptie in Wireless Zero Configuration openen en kunt u Microsoft Windows XP Wireless Zero Configuration Service gebruiken voor het beheer van de draadloze verbindingen. Wanneer u Microsoft Windows gebruikt, kunt u de Intel-profielen niet gebruiken.

Wireless Zero Configuration openen

Draadloze communicatie aan

Als Intel PROSet/Wireless is geïnstalleerd, wordt de huidige status van de radio weergegeven in het hoofdvenster van Intel PROSet/Wireless en op de taakbalk. Selecteer Draadloze communicatie aan om de radio in te schakelen. Selecteer Draadloze communicatie uit om de radio uit te schakelen.

Als op uw computer een externe schakelaar is geïnstalleerd, kunt u hiermee de radio in- of uitschakelen. Raadpleeg de documentatie van de leverancier van uw computer voor meer informatie over de schakelaar.

Draadloze communicatie uit

802.11a-radio uit

Deze optie is alleen beschikbaar voor draadloze adapters die 802.11a, 802.11b en 802.11g ondersteunen. Selecteer deze optie om de 802.11a-radio uit te schakelen.

Opmerking: Deze instelling is niet beschikbaar als de desbetreffende optie niet is ingesteld in het Hulpprogramma voor beheerders of als uw adapter een Intel(R) PRO/Wireless 2200BG Netwerkverbinding is.

Intel Wireless Troubleshooter openen

Hiermee opent u een toepassing die u kan helpen bij het oplossen van problemen met draadloze netwerkverbindingen. Wanneer een probleem met een verbinding wordt gedetecteerd, verschijnt in de rechterbenedenhoek van het scherm een waarschuwing. Zie Intel Wireless Troubleshooter voor meer informatie.

Verbinding maken met profiel

Hiermee worden de huidige profielen weergegeven in de profiellijst. U kunt deze optie ook gebruiken om verbinding te maken met een profiel.

Windows gebruiken voor het beheer van Wi-Fi

Hiermee schakelt u tussen Intel PROSet/Wireless en Microsoft Windows XP Wireless Zero Configuration Service. Wanneer u Microsoft Windows gebruikt, kunt u de Intel-profielen niet gebruiken.

Intel PROSet/Wireless gebruiken voor het beheer van Wi-Fi


Taakbalkpictogrammen

Het pictogram op de taakbalk geeft een visuele aanwijzing voor de status van de draadloze verbinding. Het statuspictogram staat in de rechterbenedenhoek van het Windows-bureaublad. U kunt via de optie Toepassingsinstellingen in het menu Extra instellen of het taakbalkpictogram wordt weergegeven of verborgen.

Pictogram

Omschrijving

Draadloze communicatie uitgeschakeld: De draadloze adapter is uitgeschakeld. Het draadloze apparaat verzendt of ontvangt geen gegevens zolang het is uitgeschakeld. Klik op Draadloze communicatie aan om de adapter in te schakelen. Het pictogram is wit en statisch.

Bezig met zoeken naar draadloze netwerken in de buurt: De draadloze adapter zoekt naar beschikbare draadloze netwerken. Het pictogram is wit en geanimeerd.

Geen draadloze netwerken gevonden: Er zijn geen beschikbare draadloze netwerken gevonden. Intel PROSet/Wireless scant periodiek op beschikbare netwerken. Als u direct wilt scannen op beschikbare netwerken, dubbel klik op het pictogram om Intel PROSet/Wireless te starten en klikt u dan op Vernieuwen. Het pictogram is rood.

Draadloos netwerk gevonden: Er is een beschikbaar draadloos netwerk gevonden. Dubbelklik op het pictogram om de lijst van draadloze netwerken weer te geven. Selecteer het netwerk. Klik op Verbinden. Het pictogram is geel.

Verificatie mislukt:Er is een fout opgetreden bij de verificatie. Het pictogram is groen met een gele gevarendriehoek.

Verbinding maken met een draadloos netwerk: Knippert totdat een IP-adres is verkregen of zich een fout voordoet.

Verbonden met een draadloos netwerk: Verbonden met een draadloos netwerk. In een tooltip worden de netwerknaam, de snelheid, de signaalkwaliteit en het IP-adres weergegeven. Het pictogram is groen met golven die de signaalkwaliteit aangeven. Hoe meer golven, hoe beter de signaalkwaliteit.


Tooltips en waarschuwingen

De tooltips en bureaubladwaarschuwingen zorgen voor feedback en interactie. Om de tooltips weer te geven, beweegt u de muiswijzer over het pictogram. Waarschuwingen worden weergegeven wanneer de status van het draadloze netwerk wijzigt. Bijvoorbeeld: als u buiten het bereik van een van de draadloze netwerken bent en vervolgens in het bereik komt, wordt een waarschuwing weergegeven.

Selecteer Informatieve meldingen weergeven in de Toepassingsinstellingen om de weergave van waarschuwingen in te schakelen.

Tooltips

De tooltips worden weergegeven wanneer de muiswijzer over het pictogram beweegt. Met de tooltips wordt informatie over de status van de verbinding weergegeven.

Bureaubladwaarschuwingen

Als interventie van de gebruiker nodig is, wordt een waarschuwing weergegeven. Als u op de waarschuwing klikt, wordt een passende actie uitgevoerd. Als bijvoorbeeld draadloze netwerken worden gedetecteerd, wordt de volgende waarschuwing weergegeven:

Actie: Klik op de waarschuwing om de verbinding met het netwerk in de lijst Draadloze netwerken tot stand te brengen.

Wanneer een verbinding tot stand is gebracht, wordt in de waarschuwing het draadloze netwerk waarmee u bent verbonden, de snelheid van de verbinding, de signaalkwaliteit en het IP-adres weergegeven.

Waarschuwingen worden ook gebruikt om te wijzen op een probleem met een verbinding. Klik op de waarschuwing om de Intel Wireless Troubleshooter te openen.


Hoofdvenster van Intel PROSet/Wireless

In het hoofdvenster van Intel PROSet/Wireless kunt u het volgende doen:

U kunt Intel PROSet/Wireless gebruiken voor het volgende:

Pictogrammen voor verbindingsstatus

In het hoofdvenster van Intel PROSet/Wireless wordt met pictogrammen voor de verbindingsstatus de huidige status van de verbinding van de draadloze adapter aangegeven. De verbindingsstatus wordt ook aangegeven met het taakbalkpictogram. Zie Pictogrammen op de taakbalk voor meer informatie.

Beschrijving van de pictogrammen voor de verbindingsstatus

De pictogrammen worden gebruikt om de verbindingsstatus aan te geven.

Pictogram

Omschrijving

Draadloze communicatie uitgeschakeld: De radio is niet gekoppeld aan een netwerk. Klik op de knop Draadloze communicatie aan om de radio in te schakelen.

Geeft verbindingsproblemen zoals mislukte verificaties aan.

Bezig met zoeken naar draadloze netwerken in de buurt: De draadloze adapter scant naar beschikbare draadloze netwerken.

Geanimeerde pictogrammen:

Geen draadloze netwerken gevonden: De adapter heeft geen draadloze netwerken gevonden.

Draadloos netwerk gevonden: Er is een beschikbaar draadloos netwerk gevonden. U kunt een verbinding tot stand brengen met de beschikbare netwerken die worden vermeld in de lijst Draadloze netwerken.

Verbinding maken met een draadloos netwerk. De verbinding met een draadloos netwerk wordt tot stand gebracht. De halvemaanvormige bogen gaan van groen naar wit totdat een IP-adres is verkregen of een verbindingsfout optreedt.

Verbonden met een draadloos netwerk: De verbinding met een draadloos netwerk is tot stand gebracht. Met de netwerknaam, de snelheid, de signaalkwaliteit en het IP-adres wordt de status van de huidige verbinding aangegeven. Klik op de knop Details om gedetailleerde informatie over de netwerkverbinding weer te geven.

Netwerknaam

Netwerknaam (SSID): De naam van het netwerk waarmee de adapter is verbonden. De netwerknaam of SSID moet gelijk zijn aan de SSID die op het toegangspunt is ingesteld.

Signaalkwaliteit

Het pictogram voor de signaalkwaliteit geeft de kwaliteit van het signaal aan bij het verzenden en ontvangen van pakketten tussen de draadloze adapter en het dichtstbijzijnde toegangspunt (of een andere computer in de ad-hocmodus). Het aantal verticale groene staven geeft de kwaliteit aan.

Waarden voor de signaalkwaliteit kunnen uiteenlopen van Uitstekend tot Buiten bereik. De volgende factoren hebben invloed op de signaalkwaliteit:

  • Naarmate de afstand toeneemt, neemt de signaalkwaliteit af. Daarnaast kan de kwaliteit van het signaal worden beïnvloed door metalen voorwerpen en betonnen muren.
  • Metalen objecten kunnen signalen reflecteren en interferentie veroorzaken.
  • Andere elektrische apparaten kunnen voor interferentie zorgen.

Eigenschappen

Hiermee kunt u informatie over de verbindingsstatus van de adapter opvragen. Zie Knop Eigenschappen voor meer informatie.

Draadloze communicatie aan (uit)

Hiermee schakelt u de radio in en uit. Zie Draadloze communicatie in- of uitschakelen voor meer informatie.

Help?

Hiermee kunt u de helpinformatie voor deze pagina bekijken.

Sluiten

Hiermee sluit u het hoofdvenster van Intel PROSet/Wireless.


Draadloze netwerken

In de lijst Draadloze netwerken worden alle draadloze netwerken vermeld die binnen het bereik van de adapter zijn.

Naam

Omschrijving

De signaalsterkte van het draadloze toegangspunt of de computer (ad-hocmodus). De staven van het pictogram voor de signaalsterkte geven aan dat verbinding met het draadloze netwerk of de computer mogelijk is, maar dat de adapter nog niet is gekoppeld aan een toegangspunt of een andere computer (ad-hocmodus).

Netwerknaam

Netwerknaam (SSID): De naam van het netwerk waarmee de adapter is verbonden. De netwerknaam of SSID moet gelijk zijn aan de SSID die op het toegangspunt is ingesteld.

Status

Hiermee wordt aangegeven dat de adapter bezig is verbinding te maken met het draadloze netwerk. Wanneer de verbinding is gemaakt, wijzigt de status in Verbonden.

Profielen: Hiermee wordt een netwerk in de lijst van draadloze netwerken geïdentificeerd als de verbinding is gemaakt en een profiel voor het netwerk voorkomt in de profiellijst.

Het draadloze netwerk gebruikt de infrastructuurmodus.

Het draadloze netwerk gebruikt de ad-hocmodus.

Voor het draadloze netwerk wordt codering gebruikt voor de beveiliging.

De band en frequentie die worden gebruikt in het draadloze netwerk (802.11a, 802.11b, 802.11g).

Het draadloze netwerk staat in de lijst van uitsluitingen of het profiel is geconfigureerd voor handmatige verbinding.

Verbinden (Verbinding verbreken)

Klik hier om verbinding te maken met een draadloos netwerk. Wanneer de verbinding is gemaakt, wijzigt de tekst op de knop in Verbinding verbreken.

Eigenschappen

Hiermee kunt u gedetailleerde informatie over het verbonden netwerk en de toegangspunten weergeven. Zie Netwerkeigenschappen voor meer informatie.

Vernieuwen

Hiermee kunt u de lijst van beschikbare netwerken vernieuwen Als er nieuwe netwerken binnen het bereik van de adapter zijn gekomen, wordt de lijst bijgewerkt met de nieuwe netwerknamen.  

Draadloze communicatie aan (uit)

Hiermee schakelt u de radio in en uit. Zie Draadloze communicatie in- of uitschakelen voor meer informatie.

Sluiten

Hiermee sluit u het hoofdvenster van Intel PROSet/Wireless.

Help?

Hiermee kunt u de helpinformatie voor deze pagina bekijken.


Netwerkeigenschappen

Klik op de knop Eigenschappen in het hoofdvenster van Intel PROSet/Wireless om de beveiligingsinstellingen voor de draadloze adapter weer te geven. U kunt ook profielen toevoegen die niet mogen worden gebruikt voor het automatisch tot stand brengen van een verbinding. Als de uitsluiting van netwerken is ingeschakeld (zie Toepassingsinstellingen), wordt in de netwerkeigenschappen ook aangegeven of een netwerk is uitgesloten van automatische verbinding.

Beschrijving van de netwerkeigenschappen

Naam

Omschrijving

Netwerknaam

Hier wordt de naam van het draadloze netwerk weergegeven.

Band

De bandbreedte en frequentie die momenteel worden gebruikt. Als de bandbreedte en frequentie niet worden weergegeven, wordt de waarde Buiten bereik weergegeven.

De volgende banden zijn mogelijk:

  • 802.11a
  • 802.11b
  • 802.11g

Uitvoermodus

Hier wordt de huidige uitvoermodus weergegeven:

  • Netwerk (Infrastructuur)

Een draadloos netwerk dat rond een toegangspunt wordt gebouwd. In een dergelijke omgeving zorgt het toegangspunt niet alleen voor communicatie met het bekabelde netwerk, maar ook voor het beheer van het verkeer op het draadloze netwerk in de onmiddellijke omgeving.

  • Apparaat naar apparaat (ad hoc)

Een netwerkconfiguratie waarin elke computer dezelfde mogelijkheden heeft en elke computer een communicatiesessie kan starten. Wordt ook wel een peer-to-peer-netwerk genoemd.

Verificatieniveau

Hier wordt de verificatiemodus van het gebruikte profiel weergegeven.

De volgende niveaus van netwerkverificatie zijn mogelijk:

  • Openen
  • Gedeeld
  • WPA - Enterprise
  • WPA2 - Enterprise
  • WPA - Personal
  • WPA2 - Personal
  • Onbekend

Dit is de 802.11-verificatie die is ingesteld in het huidige profiel. Zie Beveiligingsinstellingen voor meer informatie.

Gegevenscodering

De volgende opties voor de gegevenscodering zijn mogelijk:

  • Geen
  • WEP
  • TKIP
  • CKIP
  • AES - CCMP

Zie Beveiligingsinstellingen voor meer informatie.

Toegangspunten in dit netwerk (0-50)

  • Signaalsterkte: Het pictogram Signaalsterkte geeft de sterkte van het signaal aan bij het verzenden en ontvangen van pakketten tussen de draadloze adapter en het dichtstbijzijnde toegangspunt.
  • Selecteer een van de volgende opties: . De band die wordt gebruikt: 802.11a, 802.11b of 802.11g.
  • Kanaal: Hier wordt aangegeven welk kanaal binnen een bepaald draadloos netwerk wordt gebruikt voor het verzenden en ontvangen van gegevens.
  • BSSID (Infrastructuurmodus): Hier ziet u het twaalfcijferige MAC-adres van het toegangspunt in het geselecteerde netwerk.

Uitsluitingen beheren

Zie Uitsluitingen beheren voor meer informatie.

Sluiten

Hiermee sluit u de netwerkeigenschappen.

Help?

Hiermee kunt u de helpinformatie voor deze pagina bekijken.


Verbindingsdetails

Wanneer u verbinding hebt met een netwerk, kunt u op de knop Details in het hoofdvenster van Intel PROSet/Wireless klikken om de details van de netwerkverbinding weer te geven.

Beschrijving van Verbindingsdetails

Naam

Omschrijving

Profielnaam

Naam van het profiel.

Netwerknaam

De naam van het netwerk (SSID) waarmee verbinding is gemaakt.

IP-adres

IP-adres (Internet Protocol) voor de huidige verbinding.

Signaalkwaliteit

Voor de beoordeling van een RF-signaal (Radiofrequentie) zijn er twee criteria:

  • signaalsterkte (kwantiteit)
  • signaalkwaliteit

De kwaliteit van het signaal wordt bepaald door een combinatie van factoren. De kwaliteit is in hoofdzaak afhankelijk van de signaalsterkte en de aanwezigheid van RF-ruis. RF-ruis treedt op in de natuur en wordt opgewekt door elektrische apparaten. Als de hoeveelheid RF-ruis hoog is of de sterkte van het signaal laag is, zal de kwaliteit van het signaal achteruitgaan. Met een lagere signaalkwaliteit is het moeilijker voor de radio-ontvanger om de gegevens in het signaal te onderscheiden van de ruis.

Signaalsterkte

De signaalsterkte voor alle ontvangen pakketten. Hoe meer groene staven, hoe sterker het signaal.

MAC-adres van adapter

Het MAC-adres (Media Access Control) van de draadloze adapter.

Band

Geeft aan welke band wordt gebruikt voor de huidige draadloze verbinding.

  • 802.11a
  • 802.11b
  • 802.11g

Ondersteunde gegevenssnelheden

Snelheden waarmee de draadloze adapter gegevens kan versturen en ontvangen. Toont de snelheid in Mbps bij de gebruikte frequentie.

  • 802.11g: 1, 2, 5,5, 6, 9, 11, 12, 18, 24, 36, 48 en 54
  • 802.11b: 1, 2, 5,5 en 11
  • 802.11a: 6, 9, 12, 18, 24, 36, 48 en 54

Radiofrequentie

Geeft aan welke frequentie wordt gebruikt voor de huidige draadloze verbinding.

  • 802.11a: 5,15 GHz tot 5,85 GHz
  • 802.11b/g: 2,400 tot 2,4835 GHz (verschillend per land)

Kanaalnummer

Hier wordt het kanaal weergegeven dat wordt gebruikt voor transmissie en ontvangst.

Netwerkverificatie

Mogelijke waarden zijn Open, Gedeeld, WPA-Personal, WPA2-Personal, WPA-Enterprise en WPA2-Enterprise. Dit is de 802.11-verificatie die is ingesteld in het huidige profiel. Zie Beveiliging - Overzicht voor meer informatie.

Gegevenscodering

Mogelijke waarden zijn Geen, WEP, TKIP en AES-CCMP. Zie Beveiliging - Overzicht voor meer informatie.

802.1x-verificatietype

Mogelijke waarden zijn Geen, MD5, EAP-SIM, TLS, TTLS, PEAP, LEAP en EAP-FAST. Zie Beveiliging - Overzicht voor meer informatie.

802.1x-verificatieprotocol

Geeft niets weer, PAP, MD5, GTC, CHAP, MS-CHAP, MS-CHAP-V2 of TLS. Zie Beveiliging - Overzicht voor meer informatie.

CCX-versie

Versie van de Cisco Compatible Extensions voor deze draadloze verbinding.

Huidige verzendenergie

Energieniveaus voor Cisco Compatible Extensions.

Ondersteunde energieniveaus

1,0, 5,0, 20,0, 31,6, 50,1 mW

MAC-adres van toegangspunt

Het MAC-adres (Media Access Control) van het toegangspunt waarmee verbinding is gemaakt.

Verplicht toegangspunt

Hier wordt "Geen" weergegeven als de optie niet is ingeschakeld. Als Verplicht toegangspunt is ingeschakeld, wordt het MAC-adres van het toegangspunt weergegeven. Met deze optie zorgt u ervoor dat de draadloze adapter een verbinding maakt met een toegangspunt met een specifiek MAC-adres (48-bits hexadecimaal getal van 12 tekens, bijvoorbeeld 00:06:25:0E:9D:84).

Repareren

Hiermee wordt een nieuw IP-adres aangevraagd. Als u problemen ondervindt met de toegang tot het netwerk, controleert u of het IP-adres geldig is. Als het 0.0.0.0 of 169.x.x.x is, is het adres waarschijnlijk niet geldig. Als in uw netwerk de IP-adressen automatisch worden toegewezen, kunt u op Repareren klikken om een nieuw IP-adres aan te vragen.

Sluiten

Hiermee sluit u de pagina.

Help?

Hiermee kunt u de helpinformatie voor deze pagina bekijken.


Profielbeheer

In de profiellijst worden de huidige gebruikersprofielen weergegeven in de volgorde waarin ze worden toegepast. Gebruik de pijlen omhoog en omlaag om de volgorde voor de automatische toepassing van de profielen te wijzigen.

Gebruik de knop Verbinden om verbinding te maken met een draadloos netwerk. Wanneer de verbinding tot stand is gebracht, wordt een profiel in de profiellijst gemaakt. Vanuit de profiellijst kunt u profielen toevoegen, bewerken en verwijderen.

Voor elk draadloos netwerk kan een profiel worden geconfigureerd. De profielinstellingen zijn de netwerknaam (SSID), de uitvoermodus en de beveiligingsinstellingen. Zie Profielbeheer voor meer informatie.

Profiellijst

Naam

Omschrijving

Profielnaam

Profielen zijn netwerkinstellingen waarmee de draadloze adapter verbinding kan maken met een netwerktoegangspunt (infrastructuurmodus) of direct met een andere computer (ad-hocmodus). Zie Profielen instellen voor meer informatie.

Netwerknaam

Naam (SSID) van het draadloze netwerk of de andere computer.

Verbindingspictogrammen: De verbindingspictogrammen geven aan wat de status is van de verbinding van de adapter met een draadloos netwerk, welke uitvoermodus wordt gebruikt en of het netwerk beveiligd is.

Blauwe cirkel: De draadloze adapter is gekoppeld aan een toegangspunt of computer (ad-hocmodus). Als de 802.1x-beveiliging in een profiel is ingeschakeld, wordt hiermee aangegeven dat de adapter is gekoppeld en geverifieerd.

Hiermee wordt de infrastructuurmodus aangegeven.

Hiermee wordt de ad-hocmodus (apparaat naar apparaat) aangegeven.

Hiermee wordt een beheerdersprofiel aangegeven.

Voor het draadloze netwerk wordt codering gebruikt voor de beveiliging.

Pijlen

Met de pijlen kunt u profielen in de gewenste volgorde voor automatische verbinding plaatsen.

  • Pijl omhoog: Het geselecteerde profiel één positie hoger in de lijst met profielen plaatsen.
  • Pijl omlaag: Het geselecteerde profiel één positie lager in de lijst met profielen plaatsen.

Verbinden

Hiermee wordt een verbinding gemaakt met het draadloze netwerk met behulp van het geselecteerde profiel.

Toevoegen

Hiermee start u de wizard Profiel om een nieuw profiel te maken. Zie Een nieuw profiel maken voor meer informatie.

Verwijderen

Hiermee kunt u een geselecteerd profiel verwijderen uit de profiellijst. Zie Een profiel verwijderen voor meer informatie.

Eigenschappen

Hiermee kunt u de inhoud van een bestaand profiel bewerken. Als u een profiel wilt bewerken, kunt u ook in de profiellijst dubbelklikken op het profiel. Zie Een bestaand profiel bewerken voor meer informatie.

Exporteren/importeren: Met deze functie kunt u gebruikersprofielen importeren in en exporteren uit de profiellijst. Profielen voor draadloze verbindingen kunt u automatisch importeren in de profiellijst. Zie Profielen importeren en exporteren voor meer informatie.

Sluiten

Hiermee sluit u het venster voor profielbeheer.


Menu's van Intel PROSet/Wireless

Met de opties in de menu's Bestand, Extra, Geavanceerd, Profielen en Help kunt u de netwerkinstellingen configureren.

Naam

Omschrijving

Bestand

Afsluiten: Hiermee sluit u het hoofdvenster van Intel PROSet/Wireless.

Gebruik een van de volgende opties om Intel PROSet/Wireless te starten:

  • Klik op Start > Programma's > Intel PROSet Wireless > Intel PROSet Wireless.
  • Klik met de rechtermuisknop op het taakbalkpictogram (in de rechterbenedenhoek van uw Windows-Bureaublad) en klik op de optie Intel PROSet/Wireless openen.
  • Dubbelklik op het pictogram op de taakbalk om Intel PROSet/Wireless te openen.

Extra

Toepassingsinstellingen: Hiermee kunt u op systeemniveau voorkeuren voor verbindingen instellen. Zie Toepassingsinstellingen voor meer informatie. U kunt ook op Ctrl+P drukken om toegang te krijgen tot deze functie.

Intel Wireless Troubleshooter: Hiermee kunt u problemen met verbindingen met draadloze netwerken oplossen. U kunt ook op Ctrl+W drukken om toegang te krijgen tot deze functie. Zie Intel Wireless Troubleshooter voor meer informatie.

Hulpprogramma voor beheerders: Dit hulpprogramma kan worden gebruikt door beheerders of de persoon die beheerderrechten heeft op deze computer om gedeelde profielen te configureren (verbinding vóór aanmelding, continue verbinding en VoIP). Zie Hulpprogramma voor beheerders voor meer informatie. U kunt ook op Ctrl+T drukken om toegang te krijgen tot deze functie.

Opmerking: Het Hulpprogramma voor beheerders is alleen beschikbaar als een aangepaste installatie van de software van Intel PROSet/Wireless is uitgevoerd en het hulpprogramma daarbij is geselecteerd. Zie De software installeren en verwijderen voor meer informatie.

Geavanceerd

Adapterinstellingen: Hiermee worden adapterinstellingen weergegeven die overeenkomen met de opties die beschikbaar zijn op het tabblad Geavanceerd van Microsoft Windows. Zie Adapterinstellingen voor meer informatie. U kunt ook op Ctrl+A drukken om toegang te krijgen tot deze functie.

U krijgt als volgt toegang tot de adapterinstellingen vanuit Microsoft Windows:

  • Selecteer Netwerkverbindingen in het Configuratiescherm van Windows.
  • Klik met de rechtermuisknop op de draadloze netwerkverbinding.
  • Selecteer Eigenschappen in het menu.
  • Klik op Configureren om de geavanceerde instellingen voor de adapter weer te geven.

Geavanceerde statistieken: Hiermee kunt u bepalen hoe de adapter communiceert met een toegangspunt. U kunt ook op Ctrl+S drukken om toegang te krijgen tot deze functie. Zie Geavanceerde statistieken voor meer informatie.

Windows gebruiken voor het beheer van Wi-Fi: Hiermee schakelt u Microsoft Windows XP Wireless Zero Configuration in voor het beheer van de draadloze verbindingen. U kunt ook op F10 drukken om toegang te krijgen tot deze functie. Zie Overschakelen naar Microsoft Windows XP Wireless Zero Configuration voor meer informatie.

Profielen

Profielen beheren: Selecteer deze optie om profielen te maken of te bewerken. U kunt ook op Ctrl+R drukken om toegang te krijgen tot deze functie.

Uitsluitingen beheren: Selecteer deze optie om netwerken uit te sluiten van automatische verbinding. Zie Uitsluitingen beheren voor meer informatie. U kunt ook op Ctrl+M drukken om toegang te krijgen tot deze functie.

Help

Help bij Intel PROSet/Wireless: Hiermee opent u de online Help. U kunt ook op F1 drukken om toegang te krijgen tot deze functie.

In het Help-venster navigeert u als volgt:

  • Druk op F6 om te schakelen tussen het linker- en rechtervenster. Gebruik de pijltoetsen om omhoog en omlaag te gaan binnen het venster.
  • Klik op Inhoud in het linkervenster of druk op Alt+C om informatie weer te geven.
  • Dubbelklik op een boekpictogram om een item in de inhoudsopgave te openen. Gebruik de pijltoetsen om een item te selecteren en druk op Enter om items te openen.
  • Klik op Index of Zoeken om te zoeken naar een bepaalde term. U kunt ook op Alt+S drukken om een zoekactie te starten.

Info: Hiermee wordt informatie weergegeven over het versienummer van de geïnstalleerde toepassingscomponenten.


Toepassingsinstellingen (menu Extra)

De instellingen op deze pagina bepalen het gedrag van de software van Intel PROSet/Wireless.

Beschrijving Toepassingsinstellingen

Naam

Omschrijving

Adapter

Een lijst van de netwerkadapters die beschikbaar zijn. Dit kan een Intel(R) PRO/Wireless 3945ABG Netwerkverbinding, een Intel(R) PRO/Wireless 3945BG Netwerkverbinding, een Intel(R) PRO/Wireless 2915ABG Netwerkverbinding of een Intel(R) PRO/Wireless 2200BG Netwerkverbinding zijn.

Geavanceerde instellingen: De volgende instellingen bepalen hoe Intel PROSet/Wireless zich gedraagt en informatie weergeeft.

Taakbalk

Toepassingspictogram weergeven op de taakbalk: Selecteer deze optie om een statuspictogram weer te geven. Dit pictogram wordt weergegeven op de taakbalk van Windows (het gebied waar meldingen worden weergegeven). Het pictogram geeft informatie over de status van de draadloze verbinding. Schakel deze optie uit om geen statuspictogram weer te geven.

Het statuspictogram op de taakbalk voorziet in verschillende functies:

  • Visuele feedback over de status van de verbinding en de draadloze activiteiten binnen het draadloze netwerk. Voor elk soort draadloze activiteit krijgt het pictogram een andere kleur of animatie. Zie Taakbalkpictogrammen voor meer informatie.
  • Menu: Wanneer u met de rechtermuisknop op het pictogram klikt, wordt een menu weergegeven. Via dit menu kunt u verschillende taken uitvoeren. Bijvoorbeeld: de radio in- of uitschakelen of de toepassing Intel PROSet/Wireless starten. Zie Opties in het taakbalkmenu voor meer informatie.
  • Tooltips en waarschuwingen. Zie Tooltips en waarschuwingen voor meer informatie.

Meldingen

Waarschuwingsberichten weergeven: Selecteer deze optie om waarschuwingen weer te geven bij het pictogram op de taakbalk. Als interventie van de gebruiker nodig is, wordt een bericht weergegeven. Alleen voor belangrijke gebeurtenissen worden waarschuwingen weergegeven. Als de waarschuwing wordt geselecteerd, wordt de juiste actie ondernomen. Als u deze optie uitschakelt, worden geen waarschuwingen weergegeven. Zie Tooltips en waarschuwingen voor meer informatie.

Selecteer een van de volgende opties:

Informatieve meldingen: Deze waarschuwingen geven minder belangrijke informatie. Er is geen actie vereist, maar de informatie kan helpen om het werken met het draadloze netwerk te verbeteren.

  • Informatieve meldingen weergeven: Standaard is deze optie ingeschakeld. Alle informatieve meldingen worden weergegeven bij het pictogram op de taakbalk. Via de meldingen wordt u meegedeeld wanneer er beschikbare netwerken binnen het bereik van uw draadloze adapter zijn. Tevens ontvangt u meldingen over het tot stand brengen en verliezen van draadloze verbindingen. Zie Tooltips en waarschuwingen voor meer informatie.
  • Een lijst van beschikbare netwerken weergeven als er geen verbinding is: Wanneer de optie Informatieve meldingen weergeven is uitgeschakeld, kunt u dit item selecteren. Met deze optie wordt u, ook al worden geen informatieve meldingen weergegeven, wel gewaarschuwd wanneer er beschikbare netwerken zijn terwijl de draadloze adapter geen verbinding heeft.

Waarschuwen als een andere toepassing de draadloze adapter gebruikt: Als deze optie is geselecteerd, wordt een bericht weergegeven wanneer een andere toepassing probeert het beheer van de draadloze adapter over te nemen. Dit is met name handig als u software gebruikt die is geleverd via een hotspot (bijvoorbeeld in een koffieshop of op een vliegveld). Als u de voorzieningen van Intel PROSet/Wireless wilt gebruiken, moet u deze software uitschakelen wanneer u de locatie met de hotspot verlaat.

Melding van afgewezen TLS-certificaten inschakelen: Selecteer deze optie als u wilt worden gewaarschuwd wanneer een PEAP-TLS-certificaat wordt afgewezen door de verificatieserver. Zie Bedrijfsbeveiliging en De client instellen voor TLS voor meer informatie.

Automatisch verbinden

Alleen via profielen verbinding maken met een beschikbaar netwerk: (standaard) De draadloze adapter wordt alleen verbonden met een beschikbaar netwerk met behulp van een profiel uit de profiellijst. Als er geen bijpassend profiel wordt gevonden, wordt een melding weergegeven (zie Meldingen). Het draadloze apparaat blijft zonder verbinding totdat een bijpassend profiel wordt gevonden of totdat u een nieuw profiel configureert.

Verbinden met willekeurig beschikbaar netwerk als er geen bijpassend profiel wordt gevonden: Selecteer deze optie om automatisch verbinding te maken met een netwerk als u op een locatie bent met een open, onbeveiligd netwerk en u geen profiel hebt geconfigureerd. Opmerking: Open netwerken kennen geen beveiliging. U moet zelf zorgen voor de beveiliging van deze draadloze verbinding. Een manier om een open draadloze verbinding te beveiligen, is het gebruik van een Virtual Private Network (VPN).

Alleen op basis van profielen verbinden met willekeurig netwerk (Cisco-modus): Als u deze optie selecteert, wordt elk profiel geprobeerd in de opgegeven volgorde. Dit betekent dat u in de buurt bent van een toegangspunt dat meer dan één SSID heeft, maar er slechts één adverteert.

Uitsluitingen beheren

Lijst van automatische uitsluitingen inschakelen: Selecteer deze optie om de functie voor automatische uitsluitingen in te schakelen. Deze functie maakt het mogelijk om toegangspunten uit te sluiten van automatische verbindingen. Zie Uitsluitingen beheren voor meer informatie.

Lijst van handmatige uitsluitingen inschakelen: Selecteer deze optie om de functie voor handmatige uitsluitingen in te schakelen. Deze functie maakt het mogelijk om netwerken uit te sluiten van automatische verbindingen. Zie Uitsluitingen beheren voor meer informatie.

Lijst van draadloze netwerken

Kolomkoppen voor sorteren tonen: Selecteer deze optie om kolomnamen weer te geven in de lijst van draadloze netwerken. Klik op een kolomkop om de kolom te sorteren in oplopende of aflopende volgorde.

OK

Hiermee slaat u de instellingen op en keert u terug naar de vorige pagina.

Annuleren

Hiermee sluit u het venster en annuleert u alle wijzigingen.

Help?

Hiermee kunt u de helpinformatie voor deze pagina bekijken.


Intel Wireless Troubleshooter (menu Extra)

De Intel Wireless Troubleshooter is een toepassing die u kan helpen bij het oplossen van problemen met draadloze netwerkverbindingen. Wanneer een probleem met een verbinding wordt gedetecteerd, verschijnt in de rechterbenedenhoek van het scherm een waarschuwing. Als u op de waarschuwing klikt, wordt met een diagnostisch bericht aangegeven welke stappen worden aangeraden voor het verhelpen van het probleem met de verbinding. Als zich, bijvoorbeeld, een probleem voordoet vanwege een ongeldig wachtwoord, wordt de wizard Profiel gestart wanneer u op de weergegeven hyperlink klikt. Vanaf deze pagina kunt u ook de Wireless Event Viewer starten en de weergave van waarschuwingen in- en uitschakelen. De Intel Wireless Troubleshooter wordt ondersteund voor Microsoft Windows XP en Microsoft Windows 2000.

De pagina Intel Wireless Troubleshooter bestaat uit twee deelvensters. Gebruik de linkermuisknop in het linkervenster om een lijst van de beschikbare hulpmiddelen weer te geven. In het rechtervenster wordt informatie over het huidige verbindingsprobleem weergegeven. Elke sectie heeft twee delen: een sectie met het foutbericht en een sectie met de aanbevolen actie. In de sectie met de aanbevolen actie vindt u omschrijvingen van beschikbare hulpmiddelen en informatie over het verhelpen van het verbindingsprobleem. Als u op een koppeling naar de Help klikt, wordt die Helptekst weergegeven in een apart venster. Als u op de koppeling voor de probleemoplossing klikt, wordt een programma gestart om het probleem te verhelpen.

Zie de sectie Problemen oplossen voor informatie over het verhelpen van fouten.

Naam

Omschrijving

Bestand

Afsluiten: De Intel Wireless Troubleshooter afsluiten.

Help

Help bij de Intel(R) Wireless Troubleshooter: Hiermee wordt online Help weergegeven voor de Intel Wireless Troubleshooter.

Info: Hiermee wordt versie-informatie weergegeven voor de Intel Wireless Troubleshooter.  

Wireless Event Viewer

Hiermee wordt de Wireless Event Viewer gestart.

Meldingen uitschakelen

Selecteer deze optie om de weergave van waarschuwingen uit te schakelen.  

Meldingen inschakelen

Selecteer deze optie om de weergave van waarschuwingen in te schakelen.

Beschikbare Help

Datum en tijd foutbericht:

  • Beschrijving van de fout.
  • Koppeling naar probleemoplossing (indien beschikbaar). Zie Fouten herstellen voor meer informatie.
  • Koppeling naar aanbevolen stappen voor het oplossen van het probleem.

Hulpprogramma voor beheerders (menu Extra)

Dit hulpprogramma kan worden gebruikt door beheerders of degene die beheerderrechten heeft op deze computer. Met dit hulpprogramma kan de beheerder beperkingen opleggen aan wat de gebruikers van deze computer kunnen doen met hun draadloze verbindingen. Het hulpprogramma kan ook worden gebruikt om gemeenschappelijke (gedeelde) profielen te configureren.

Gebruikers kunnen beheerderinstellingen en -profielen niet wijzigen, tenzij zij het wachtwoord voor dit hulpprogramma kennen. U dient een wachtwoord te kiezen dat veilig is en niet makkelijk kan worden geraden.

U kunt deze instellingen en profielen als één pakket exporteren naar andere computers in het netwerk. Zie de sectie Hulpprogramma voor beheerders voor meer informatie.

Naam

Omschrijving

Toepassingsinstellingen

Een beheerder kan bepalen hoeveel controle gebruikers hebben over de draadloze verbindingen. Zie Hulpprogramma voor beheerders.

Beheerderprofielen

Hiermee kunt u het gebruik van profielen voor continue verbindingen en verbindingen vóór de aanmelding en VoIP-profielen (Voice over IP) in- en uitschakelen op de computer. Zie Hulpprogramma voor beheerders.

Adapterinstellingen

Een beheerder kan bepalen hoeveel controle gebruikers hebben over de draadloze verbindingen. Zie Adapterinstellingen van Hulpprogramma voor beheerders.

Software

Selecteer de toepassingen van Intel PROSet/Wireless die u wilt installeren op de computers van de gebruikers. Zie Software van Hulpprogramma voor beheerders.

Beheerpakketten

Beheerpakketten worden gebruikt om beheerderprofielen en andere instellingen op te slaan. Het zijn uitvoerbare, zelfuitpakkende bestanden die u kunt kopiëren of verzenden naar clients in het netwerk. Wanneer het uitvoerbare bestand wordt gestart, wordt de inhoud geïnstalleerd en geconfigureerd op de doelcomputer. Zie Pakketten van Hulpprogramma voor beheerders.

Wachtwoord wijzigen

Hiermee kunt u het wachtwoord voor het Hulpprogramma voor beheerders wijzigen. Zie Wachtwoord wijzigen voor meer informatie.

Sluiten

Hiermee sluit u de pagina.

Help?

Hiermee kunt u de helpinformatie voor deze pagina bekijken.


Adapterinstellingen (menu Geavanceerd)

Via Adapterinstellingen vindt u de eigenschappen van de draadloze adapter die is geïnstalleerd in uw computer. Dit kan een Intel(R) PRO/Wireless 3945ABG Netwerkverbinding, een Intel(R) PRO/Wireless 2915ABG Netwerkverbinding of een Intel(R) PRO/Wireless 2200BG Netwerkverbinding zijn.

Beschrijving van Adapterinstellingen

Naam

Omschrijving

Ad-hockanaal

Tenzij de andere computers in het ad-hocnetwerk een ander kanaal gebruiken dan het standaardkanaal, hoeft u het kanaal niet te wijzigen.

Waarde: Selecteer een van de toegestane kanalen in de lijst.

  • 802.11b/g: Selecteer deze optie wanneer u 802.11b en 802.11g (2,4 GHz) wilt gebruiken als frequentie voor de ad-hocband.
  • 802.11a: Selecteer deze optie wanneer u 802.11a (5 GHz) wilt gebruiken als frequentie voor de ad-hocband.

Opmerking: Als geen 802.11a-kanaal wordt weergegeven, worden geen ad hoc-netwerken ondersteund voor het kanaal.

Energiebeheer ad-hocverbindingen

Hier kunt u energiebesparende voorzieningen voor ad-hocnetwerken instellen.

  • Uitschakelen: Selecteer deze optie wanneer u verbinding maakt met ad-hocnetwerken met daarin stations die energiebeheer niet ondersteunen.
  • Maximale energiebesparing: Selecteer deze optie om de batterij te sparen.
  • Omgeving met ruis: Selecteer deze optie voor optimale prestaties of wanneer u verbinding maakt met meerdere clients.

Opmerking: Deze instelling is niet beschikbaar als de adapter een Intel PRO/Wireless 3945BG Netwerkverbinding, een Intel PRO/Wireless 2915ABG Netwerkverbinding of een Intel PRO/Wireless 2200BG Netwerkverbinding is.

Ad-hoc QoS-modus

QoS-besturing (Quality of Service) in ad-hocnetwerken. QoS voorziet in prioritering van het verkeer vanuit het toegangspunt over een draadloos LAN op basis van een classificatie van het verkeer. WMM (Wifi MultiMedia) is de QoS-certificatie van de Wi-Fi Alliance (WFA). Als WMM ingeschakeld is, gebruikt de adapter WMM voor de ondersteuning van prioriteitcodering en wachtrijmogelijkheden voor Wi-Fi-netwerken.

  • WMM ingeschakeld. (standaardinstelling)
  • WMM uitgeschakeld

Opmerking: Deze instelling is niet beschikbaar als de adapter een Intel PRO/Wireless 3945BG Netwerkverbinding, een Intel PRO/Wireless 2915ABG Netwerkverbinding of een Intel PRO/Wireless 2200BG Netwerkverbinding is.

Bescherming gemengde modus

Deze modus kunt u gebruiken om botsingen te voorkomen in een omgeving waarin zowel 802.11b als 802.11g wordt gebruikt. RTS/CTS (Request to Send/Clear to Send) moet worden gebruikt in een omgeving waarin clients mogelijk niet met elkaar kunnen communiceren. CTS-naar-zelf kan worden gebruikt om de doorvoer te verbeteren in omgevingen waarin clients dicht bij elkaar zijn geïnstalleerd en met elkaar kunnen communiceren.

Modus preambule

Hier kunt u de instelling van de lengte van de preambule wijzigen. Deze instelling is door het toegangspunt ontvangen bij de eerste verbinding. U kunt altijd een lange preambule gebruiken voor de verbinding met een toegangspunt. Met Auto. preambule bij verzenden wordt de lengte van de preambule automatisch gedetecteerd. Gebruik een korte preambule als deze wordt ondersteund. Is dat niet het geval, dan gebruikt u een lange preambule.

Opmerking: Deze instelling is niet beschikbaar als de adapter een Intel PRO/Wireless 3945ABG Netwerkverbinding is.

Voorkeursband

Selecteer de band. U kunt kiezen uit de volgende opties:

  • 802.11g
  • 802.11a
  • 802.11b

Opmerking: Deze instelling is niet beschikbaar als de adapter een Intel PRO/Wireless 3945ABG Netwerkverbinding of een Intel PRO/Wireless 2200BG Netwerkverbinding is.

Agressiviteit bij zwerven

Met deze instelling kunt u opgeven hoe agressief de client moet zwerven om de verbinding met een toegangspunt te verbeteren.

  • Standaardwaarde: Balans tussen niet zwerven en prestaties.
  • Laagste: De draadloze client zwerft niet. Alleen bij een zeer significante verslechtering van de verbinding gaat de client zwerven naar een ander toegangspunt.

Verbetering van doorvoer

Hier kunt u de waarde voor Packet Burst Control wijzigen.

  • Inschakelen: Hiermee wordt verbetering van de doorvoer ingeschakeld.
  • Uitschakelen: (standaardinstelling) De verbetering van de doorvoer is uitgeschakeld.

Verzendenergie

Standaardinstelling: Hoogste energie-instelling

Laagste: minimale dekking. Hiermee gebruikt de adapter het minimale energieniveau bij het verzenden. Met deze instelling kunt u het aantal dekkingsgebieden uitbreiden of een dekkingsgebied inperken. Verminder het dekkingsgebied in omgevingen met veel verkeer om de algehele transmissiekwaliteit te verbeteren en opstoppingen en interferentie met andere apparaten te voorkomen.

Hoogste: maximale dekking. Hiermee gebruikt de adapter het maximale energieniveau bij het verzenden. Selecteer deze optie voor maximale prestaties en een maximaal bereik in omgevingen met een beperkt aantal andere radioapparaten.

Opmerking: De beste resultaten worden bereikt wanneer het vermogen voor de transmissie wordt ingesteld op het laagste niveau waarbij de kwaliteit van de communicatie nog voldoende is. Daarmee wordt het voor het grootste aantal draadloze apparaten mogelijk om te functioneren in drukke omgevingen en vermindert de interferentie met andere apparaten waarmee deze radio het radiospectrum deelt.

Opmerking: Deze instelling wordt gebruikt binnen zowel infrastructuurnetwerken als ad-hocnetwerken.

Draadloze modus

Selecteer de band die u wilt gebruiken voor de verbinding met een draadloos netwerk:

  • Alleen 802.11a: De draadloze adapter kan alleen worden verbonden met 802.11a-netwerken.
  • Alleen 802.11b: De draadloze adapter kan alleen worden verbonden met 802.11b-netwerken.
  • Alleen 802.11g: De draadloze adapter kan alleen worden verbonden met 802.11g-netwerken.
  • Alleen 802.11a en 802.11g: De draadloze adapter kan alleen worden verbonden met 802.11a-en 802.11g-netwerken.
  • Alleen 802.11b en 802.11g: De draadloze adapter kan alleen worden verbonden met 802.11b-en 802.11g-netwerken.
  • 802.11a, 802.11b en 802.11g: (standaard) Hiermee kan verbinding worden gemaakt met draadloze 802.11a-, 802.11b- en 802.11g-netwerken.

Opmerking: Met deze optie voor de draadloze modus (modulatietype) wordt bepaald welke ontdekte toegangspunten worden weergegeven in de lijst van draadloze netwerken.

OK

Hiermee slaat u de instellingen op en keert u terug naar de vorige pagina.

Annuleren

Hiermee sluit u het venster en annuleert u alle wijzigingen.


Geavanceerde statistieken (menu Geavanceerd)

Hiermee kunt u informatie over de huidige adapterverbinding opvragen. Hieronder vindt u een omschrijving van de informatie op de pagina Geavanceerde statistieken.

Naam

Omschrijving

Statistieken

Geavanceerde statistieken: Deze informatie heeft betrekking op de manier waarop de adapter communiceert met een toegangspunt.

Koppeling: Als de adapter een toegangspunt vindt om mee te communiceren, is de waarde In bereik. Is dat niet het geval, dan is de waarde Buiten bereik.

  • MAC-adres van TP: Het twaalfcijferige MAC-adres (00:40:96:31:1C:05) van het toegangspunt.
  • Aantal koppelingen: Het aantal keren dat het toegangspunt de adapter heeft gevonden.
  • Aantal TP's: Het aantal beschikbare toegangspunten dat binnen het bereik van de draadloze adapter valt.
  • Aantal volledige scans: Het aantal keren dat de adapter de kanalen heeft gescand om informatie te ontvangen.
  • Aantal gedeeltelijke scans: Het aantal scans dat is beëindigd.

Zwerven: Deze informatie bevat tellers die samenhangen met de redenen waarom de adapter zwerft. Er is sprake van zwerven wanneer een adapter eerst communiceert met het ene toegangspunt en dan met een ander toegangspunt, vanwege de betere signaalsterkte.

  • Aantal maal gezworven: Het aantal keren dat er sprake is geweest van zwerven.
  • TP heeft niet verzonden: De adapter heeft geen radiotransmissie ontvangen van het toegangspunt. Mogelijk dient u het toegangspunt opnieuw te starten.
  • Slechte kwaliteit baken: De signaalkwaliteit is ontoereikend om te blijven communiceren met het toegangspunt. U hebt de adapter buiten het bereik van het toegangspunt geplaatst of het apparaatadres van het toegangspunt is gewijzigd.
  • Taakverdeling TP: Het toegangspunt heeft het contact met de adapter verbroken omdat het toegangspunt niet meer in staat was de communicatie met alle aangesloten adapters te onderhouden. Er proberen te veel adapters te communiceren met hetzelfde toegangspunt.
  • RSSI van TP te laag: De RSSI (Relative Signal Strength Indicator) is te laag om de koppeling met de adapter in stand te houden. Mogelijk bevindt u zich buiten het bereik van het toegangspunt of is de gegevenssnelheid van het toegangspunt verhoogd.
  • Slechte kwaliteit kanaal: De kwaliteit van het kanaal is laag en heeft ervoor gezorgd dat de adapter op zoek is gegaan naar een ander toegangspunt.
  • TP heeft mobiele computer vrijgegeven: Het toegangspunt heeft een computer uit de lijst met herkenbare mobiele apparaten geschrapt. De computer dient opnieuw verbinding te maken met een toegangspunt.

Diverse: Deze informatie helpt u bepalen of een koppeling met een ander toegangspunt de prestaties zal verbeteren en voor een zo groot mogelijke gegevenssnelheid zal zorgen.

  • Ontvangen bakens: Het aantal bakens dat de adapter heeft ontvangen.
  • Percentage gemiste bakens: Procentuele waarde voor het aantal gemiste bakens.
  • Percentage verzendfouten: Het percentage van de gegevenstransmissies met fouten.
  • Signaalsterkte: Signaalsterkte van het toegangspunt waarmee de adapter communiceert, weergegeven in decibel (dBm).

Statistieken verzenden/ontvangen

Hier worden procentuele waarden weergegeven voor niet-gestuurde en gestuurde pakketten.

Totaalaantal hostpakketten: Het totaalaantal gestuurde en niet-gestuurde pakketten.

    • Verzenden - (Mbps)
    • Ontvangen - (Mbps)

Niet-gestuurde pakketten: Het aantal ontvangen pakketten dat naar het draadloze netwerk als geheel is gestuurd.

Gestuurde pakketten: Het aantal ontvangen pakketten dat specifiek naar de draadloze adapter is gestuurd.

Totaalaantal bytes: Het totaalaantal bytes van pakketten die de draadloze adapter heeft ontvangen en verzonden.

Reset van statistieken

Met deze knop kunt u de statistische tellers voor de adapter op nul instellen en beginnen met nieuwe metingen van gegevens.

Sluiten

Hiermee sluit u het venster en keert u terug naar het hoofdvenster.

Help?

Hiermee kunt u de helpinformatie voor deze pagina bekijken.


Windows gebruiken voor het beheer van Wi-Fi (menu Geavanceerd)

Microsoft Windows XP Wireless Zero Configuration is een ingebouwd hulpprogramma voor de configuratie van draadloze apparaten. U kunt deze voorziening in- en uitschakelen in Intel PROSet/Wireless. Klik op Windows gebruiken voor het beheer van Wi-Fi in het menu Geavanceerd of het taakbalkmenu. Als Windows XP Wireless Zero Configuration ingeschakeld is, worden de voorzieningen van Intel(R) PROSet/Wireless uitgeschakeld.


Uitsluitingen beheren (menu Profielen)

U kunt de lijst van uitsluitingen beheren door de optie Uitsluitingen beheren te kiezen in het menu Profielen of door op de knop Eigenschappen in de lijst van draadloze netwerken te klikken.

Belangrijk: U wordt niet automatisch verbonden met een netwerk of toegangspunt dat in deze lijst staat.

Gebruik Beheer van lijst met uitsluitingen om draadloze netwerken (SSID's) in hun geheel uit te sluiten. Voor netwerken met meerdere toegangspunten kunt u ook een afzonderlijk toegangspunt (BSSID) uitsluiten.

Naam

Omschrijving

Beheer van lijst met uitsluitingen

  • Netwerknaam: Naam (SSID) van het draadloze netwerk.
  • Radio: Hier wordt de band weergegeven als zich een DHCP-fout heeft voorgedaan.
  • MAC-adres: Het Ethernet MAC-adres van het apparaat.
  • Reden: Hier wordt uitgelegd waarom dit item is uitgesloten van automatische verbinding.
  • Details: Hier wordt specifieke informatie weergegeven over de manier waarop het toegangspunt is uitgesloten en de manier waarop u de uitsluiting kunt opheffen.

Dit netwerk is om de volgende redenen uitgesloten van automatische verbindingen:
- Gebruiker heeft dit netwerk handmatig uitgesloten.

Als u dit netwerk (of toegangspunt) weer beschikbaar wilt maken voor automatische verbinding, selecteert u het en klikt u op de knop Verwijderen.

Opmerking:

- Met de knop Lijst herstellen worden alle vermeldingen uit de lijst verwijderd, behalve die voor bedrieglijke toegangspunten.
- Bedrieglijke toegangspunten worden verwijderd uit de lijst wanneer met geldige referenties een verbinding met het toegangspunt wordt gemaakt.
- Alle uitgesloten toegangspunten in een netwerk (behalve de bedrieglijke) worden verwijderd uit de lijst wanneer een profiel voor het desbetreffende netwerk handmatig wordt toegepast.

Opmerking: Items die grijs worden weergegeven, hebben betrekking op uitgesloten bedrieglijke toegangspunten. Een bedrieglijk toegangspunt is een toegangspunt waarvoor de netwerkbeheerder geen toestemming heeft gegeven. Deze items kunnen niet worden verwijderd uit de lijst.

Toevoegen

Hiermee kunt u een netwerknaam (SSID) toevoegen aan de lijst.

Verwijderen

Hiermee kunt u een vermelding verwijderen uit de lijst.

  1. Selecteer het item in de lijst.
  2. Klik op Verwijderen.
  3. U wordt gevraagd: Wilt u het geselecteerde item verwijderen uit de lijst van uitsluitingen?
  4. Klik op Ja om het profiel uit de lijst te verwijderen.

Lijst herstellen

Hiermee worden alle netwerken en toegangspunten verwijderd uit de lijst van uitsluitingen.

Sluiten

Hiermee worden instellingen opgeslagen en wordt de pagina gesloten.

Help?

Hiermee kunt u de helpinformatie voor deze pagina bekijken.


De radio in- of uitschakelen

Gebruik een van de volgende mogelijkheden om de radio in of uit te schakelen:

Opmerking: Als de computer aan staat, zendt de radio voortdurend signalen uit. In bepaalde situaties, zoals in een vliegtuig, kunnen signalen van de radio interferentie veroorzaken. Als u de radio wilt uitschakelen zodat geen radiosignalen worden uitgezonden wanneer u op de notebook werkt, kunt u een van de volgende methoden gebruiken.

De optionele radioschakelaar van de computer gebruiken

Als op uw computer een externe schakelaar is geïnstalleerd, kunt u hiermee de radio in- of uitschakelen. Raadpleeg de documentatie van de leverancier van uw computer voor meer informatie over de schakelaar. Als Intel PROSet/Wireless is geïnstalleerd, wordt de huidige status van de radio weergegeven in het hoofdvenster van Intel PROSet/Wireless en op de Taakbalk.

Intel PROSet/Wireless gebruiken om de radio in of uit te schakelen

In de toepassing Intel PROSet/Wireless kunt u de radio in- of uitschakelen. Met het statuspictogram in Intel PROSet/Wireless wordt de huidige status van de radio aangegeven.

Klik in het hoofdvenster van Intel PROSet/Wireless op Draadloze communicatie uit/aan om de radio uit of in te schakelen.

De radio in- of uitschakelen vanaf het pictogram op de taakbalk

Om de radio in of uit te schakelen, klikt u op het pictogram op de taakbalk en selecteert u Draadloze communicatie uit (aan).

Apparaatbeheer gebruiken om de radio uit te schakelen

U kunt de radio uitschakelen met Apparaatbeheer van Microsoft Windows.

Opmerking: Als u de radio hebt uitgeschakeld met Microsoft Windows, moet u Microsoft Windows ook gebruiken om de radio weer in te schakelen. U kunt in dat geval niet de hardwareschakelaar of Intel PROSet/Wireless gebruiken om de radio weer in te schakelen.

Microsoft Windows XP

  1. Klik met de rechtermuisknop op Deze computer.
  2. Klik op Eigenschappen.
  3. Klik op Hardware.
  4. Klik op Apparaatbeheer.
  5. Dubbelklik op Netwerkadapters.
  6. Klik met de rechtermuisknop op de geïnstalleerde draadloze adapter.
  7. Klik in het menu op Uitschakelen.
  8. Klik op OK.

De software installeren en verwijderen

Bij een standaardinstallatie worden het stuurprogramma voor de draadloze adapter, de software van Intel PROSet/Wireless, Intel(R) Smart Wireless Solutions en Intel Wireless Troubleshooter geïnstalleerd.

Bij een aangepaste installatie worden de volgende voorzieningen geïnstalleerd:

Als u deze voorzieningen wilt installeren, selecteert u Aangepast voor de installatie. Volg onderstaande instructies om deze voorzieningen te installeren. Als Intel PROSet/Wireless al is geïnstalleerd, raadpleegt u de instructies voor aanwezige installaties.

Opmerking: Als u Novell(R) Client(TM) for Windows wilt gebruiken, moet u deze software installeren voordat u de software van Intel PROSet/Wireless installeert. Als Intel PROSet/Wireless al is geïnstalleerd, moet u deze software verwijderen voordat u Novell Client for Windows installeert.

U installeert de software als volgt:

  1. Plaats de installatie-cd in het cd-station.
  2. Klik op Software installeren in het installatiescherm van Intel PROSet/Wireless.
  3. Lees de licentieovereenkomst.
  4. Selecteer Ik ga akkoord met de voorwaarden van de licentieovereenkomst.
  5. Klik op Volgende.
  6. Klik op Aangepast.
  7. Selecteer in de lijst de voorzieningen die u wilt installeren:

Intel PROSet/Wireless: De software van Intel PROSet/Wireless.

Intel Smart Wireless Solutions: Voorziet in een eenvoudige configuratiewizard voor het tot stand brengen van een verbinding met een draadloze router.

Intel Wireless Troubleshooter: Helpt u bij het oplossen van problemen met draadloze verbindingen.

WMI-ondersteuning: Wireless Management Instrumentation maakt het voor beheerders die Intel PROSet/Wireless niet hebben geïnstalleerd mogelijk om clients waarop Intel PROSet/Wireless wel is geïnstalleerd, op afstand te beheren.

Hulpprogramma voor beheerders: Maakt het Hulpprogramma voor beheerders beschikbaar via het menu Extra. Met dit hulpprogramma kunnen gemeenschappelijke (gedeelde) profielen worden geconfigureerd. Het Hulpprogramma voor beheerders kan ook door een IT-afdeling worden gebruikt om voorzieningen in de software van Intel PROSet/Wireless in of uit te schakelen.

Eenmalige aanmelding: Installeert de voorzieningen voor Eenmalige aanmelding. Deze voorzieningen worden gebruikt voor het configureren van gemeenschappelijk gebruikte profielen met het Hulpprogramma voor beheerders.

De functie Snelle gebruikerswisseling en het welkomstscherm van Microsoft Windows XP worden uitgeschakeld als de ondersteuning van Eenmalige aanmelding wordt geïnstalleerd.

De functie Eenmalige aanmelding is bedoeld voor bedrijfsnetwerken, waarin gebruikers zich over het algemeen aanmelden bij hun computer met een gebruikersnaam, wachtwoord en domein. Als Snelle gebruikerswisseling wordt gebruikt, wordt aanmelding bij een domein niet ondersteund.

Opmerking: Snelle gebruikerswisseling van Windows is standaard ingeschakeld als u Microsoft Windows XP Home Edition gebruikt. Snelle gebruikerswisseling is met name bedoeld voor de thuisgebruiker en is beschikbaar in Microsoft Windows XP Professional als u het besturingssysteem installeert op een zelfstandige computer of een via een werkgroep verbonden computer. Als een computer met Microsoft Windows XP Professional wordt toegevoegd aan een domein, is de functie Snelle gebruikerswisseling niet beschikbaar.

Verbinding vóór aanmelding: Een profiel voor een verbinding vóór de aanmelding is actief zodra een gebruiker zich begint aan te melden bij de computer.

  1. Klik op Installeren. Als de software geïnstalleerd is op de computer, wordt een overzicht van de geïnstalleerde componenten weergegeven.
  2. Klik op OK.

Opmerking: Wanneer Verbinding vóór aanmelding is geïnstalleerd, wordt u gevraagd de computer opnieuw te starten nadat de software is geïnstalleerd.

Voorzieningen voor aanwezige installaties toevoegen

Als Intel PROSet/Wireless al is geïnstalleerd, volgt u onderstaande instructies om het Hulpprogramma voor beheerders, Intel Smart Wireless Solutions, de Wireless Management Instrumentation-functionaliteit en Verbinding vóór aanmelding te installeren:

  1. Klik op Start > Configuratiescherm > Software > Software van Intel PROSet/Wireless.
  2. Klik op Wijzigen/Verwijderen.
  3. Klik op Wijzigen.
  4. Klik op Volgende.
  5. Klik op de rode X naast een van de voorzieningen die momenteel nog niet zijn geïnstalleerd.
  6. Klik op Deze voorziening en alle geselecteerde elementen ervan installeren.
  7. Klik op Wijzigen. Wanneer de voorziening is geïnstalleerd, wordt deze aangeduid met Geïnstalleerd in de lijst met Intel PROSet/Wireless-voorzieningen.
  8. Klik op OK.

Software van Intel PROSet/Wireless verwijderen

U verwijdert Intel PROSet/Wireless als volgt:

  1. Klik op Start > Instellingen > Configuratiescherm > Software.
  2. Klik op Software van Intel PROSet/Wireless.
  3. Klik op Wijzigen/Verwijderen.
  4. Klik op Verwijderen.
  5. Klik op Volgende.
  6. Wanneer u daarom wordt gevraagd, bepaalt u wat u wilt doen met de huidige profielen en instellingen.

U hebt ervoor gekozen de software van Intel PROSet/Wireless in zijn geheel te verwijderen.

Geef op wat u wilt doen met de huidige profielen en instellingen.

  1. Maak een keuze en klik op OK.
  2. Klik op Ja om de computer opnieuw te starten.

Terug naar boven

Terug naar inhoudsopgave

Voorwaarden voor het gebruik